De Porsche 911 is meer dan alleen een sportwagen. In feite vormt de auto het fundament waarop het gehele bedrijf is gevestigd. Zo was het vroeger, zo is het nu, en zo zal het altijd blijven.
In 1990 wordt in Berlijn een seminar gehouden voor technici uit de automotive-sector. In de pauze praten twee deelnemers over de Porsche 911. De ene persoon, een belangrijke engineer van een grote autofabrikant uit het zuiden van Duitsland, zegt: “Als ik die auto zou moeten verbeteren, had ik geen flauw idee waar ik moest beginnen. Ik denk dat het ontzettend moeilijk zou zijn.” De andere persoon, een engineer van Porsche, kijkt zijn gesprekspartner zwijgend aan. August Achleitner kan er nog steeds om lachen, als hij terugdenkt aan dit moment in Berlijn. Hij werkt al bijna 20 jaar elke dag aan de Porsche 911 en is in zijn functie als het ware de bewaarder van de heilige graal. Het kloppende hart van het bedrijf, zo noemt hij de 911.
Alles draait om de sportiviteit
De volgende 911, generatie 992, zet deze trotse traditie voort. “We weten waar we vandaan zijn gekomen en waar we naartoe willen,” zegt Achleitner. “De 911 maakt een rijgevoel los dat geen andere auto weet te benaderen.” Daar is niets arrogants aan, het is het resultaat van de optelsom der onderdelen: de bijzondere zithouding achter het stuur, de zescilinder boxermotor achterin, het unieke geluid, de verrassende hoeveelheid binnenruimte, de perfecte terugkoppeling van de remmen, de besturing, de pedalen en het onderstel. De opbouw van het vermogen zal nooit in een oncontroleerbare krachtexplosie veranderen. Dit alles is verpakt in een uniek ontwerp, dat bepalend is voor de identiteit van de 911 – al bijna 55 jaar lang.
De hamvraag is wat er aan de 911 moet veranderen zodat het model ook in de toekomst de ruggengraat van Porsche blijft. De allerlaatste ontwikkelingen in de auto-industrie zoals digitalisatie, elektrificatie en connectiviteit, spelen beslist een rol. “Bij elke innovatie stellen we de vraag of het bij het 911-karakter past,” legt Achleitner uit. “We hoeven niet per se ergens de eerste mee te zijn, veel belangrijker is dat elke nieuwe ontwikkeling met een Porsche-sausje wordt overgoten.” In dit opzicht wordt van de ontwerpers soms het onmogelijke gevraagd. Zo was de 996 bijvoorbeeld de eerste 911 met een navigatiesysteem. Als Achleitner nu terugkijkt, is hij nog steeds van mening dat de 996 een mooie elegante auto is, ook al raken sommige elementen inmiddels wat verouderd. “Dat doet afbreuk aan het geheel,” geeft hij peinzend toe. Het is daarom belangrijk dat nieuwe digitale interfaces zo tijdloos mogelijk blijven. “Maar niet gekunsteld,” voegt hij er stellig aan toe. Achleitner is ervan overtuigd dat “enige esthetische terughoudendheid zich in de toekomst zal uitbetalen, ook al wordt nu een bepaalde ‘wauw’-factor van het publiek verwacht.”
Rijplezier moet op de voorgrond blijven
De verpakking van alle nieuwe technologie is één ding. De mogelijkheden van de nieuwe technieken zijn een heel ander verhaal. “Zelfs als je kijkt naar individuele assistentiesystemen, dan moeten ze nog met de 911 versmelten,” benadrukt Achleitner. Immers, niemand koopt een sportwagen omdat er adaptieve cruise control of een rijstrookassistent op zit. “Het zijn beslist nuttige onderdelen, maar de bestuurder moet zelf de keuze kunnen maken er gebruik van te maken en – vooral – om ze uit te kunnen schakelen wanneer dat gewenst is.”
Een ding is vooral belangrijk voor Achleitner: rijplezier moet altijd op nummer 1 blijven staan. “Daarom zal de 911 altijd een stuurwiel blijven houden.” En wat als autonoom rijdende auto’s eerder doorbreken dan verwacht? “Dan is de 911 de laatste auto die autonoom rijdt.” De hype rond autonoom rijden roept allerlei speculaties, aankondigingen en verwachtingen op, maar daar zullen Porsche en de 911 ver van verwijderd blijven, zegt Achleitner. De 911 zal nooit radicaal veranderen, wat overigens niet wil zeggen dat er nooit iets zal verbeteren. Zo kwam in 1997 een einde aan het luchtgekoelde tijdperk, en werden de atmosferische motoren van de Carrera-varianten in 2015 vervangen door boxers met een turbo. “Sommige liefhebbers klaagden eerst steen en been, maar uiteindelijk gebeurde wat er altijd gebeurt: helemaal niets.” En worden de nieuwe modellen bejubeld. “Dat moedigt ons aan om na te denken over belangrijke verbeteringen die voor de toekomst nodig zijn.”
Elektrische aandrijflijn? Waarom niet?
Daarvan is elektrische aandrijving een mooi voorbeeld. “Twee jaar geleden zou ik ‘nee’ hebben gezegd, maar vandaag wil ik die mogelijkheid beslist niet uitsluiten,” geeft Achleitner toe. Om misverstanden te voorkomen: de Porsche 911 van het type 992 wordt géén elektrische sportwagen. Een versie waarin elektrische aandrijving een rol gaat spelen, behoort echter wel degelijk tot de mogelijkheden. Achleitner legt uit waarom hij van mening is veranderd: “Toen ik met een prototype reed van onze toekomstige sportwagen, de Mission E, was ik zeer onder de indruk. Ook de prestaties van onze LMP-racers met hybridetechniek zijn ronduit sensationeel.” Achleitner is er inmiddels van overtuigd dat een auto met enkel een verbrandingsmotor nooit in staat is deze auto’s te overtreffen. Hoewel hij trouw blijft aan de zescilinder boxer, kan hij zich inmiddels wel een elektromotor in de 911 voorstellen. De volgende stap in aandrijftechnologie, als het maar past bij het specifieke karakter van de 911.
Het geheim van de 911 kan misschien wel als volgt worden omschreven: het is het sportiefste en meest dynamische model uit het programma, maar vormt ook een stevig fundament. Met dat in het achterhoofd heeft Achleitner een eenvoudige theorie: “Een nieuwe 911 is altijd de beste 911 aller tijden.” Herinnert u zich nog dat korte gesprek in Berlijn, in 1990?
